Spelvormen Golfclub Zeegersloot
Hieronder vindt u een korte uitleg van de regels die gelde voor de diverse vormen van golf die gespeeld kunnen worden. De uitleg wordt zichtbaar zodra u op de witte balk met titel van de spelvorm en het ‘plusteken’ klikt.
Chapman Greensome
Vierbal, stableford (strokeplay kan ook)

 

 

  • Elke flight van deze wedstrijd bestaat uit twee teams van twee spelers elk.
  • Beide spelers slaan op elke hole af.
  • De tweede slag wordt ook door beide spelers geslagen, echter niet met hun eigen bal, maar met die van hun partner. Dit geldt ook ingeval A of B de eerste slag ‘out of bounds’ of ‘verloren’ hebben geslagen.
  • Vervolgens bepalen zij welke bal het beste ligt en waarmee de hole zal worden uitgespeeld.
  • Ingeval speler A de beste (tweede slag) heeft geslagen, dan slaat speler B de derde slag en vervolgens om beurten.
  • Voorbeeld:
    Slag 1: speler A speelt zijn/haar bal en speler B speelt ook zijn/haar bal
    Slag 2: speler A speelt de bal van speler B en speler B speelt de bal van A
    Slag 3: de “beste bal” wordt gekozen; is de gekozen bal de oorspronkelijke bal van speler A (waarmee B de tweede slag heeft geslagen) dan speelt A deze bal Of is de gekozen bal de oorspronkelijke bal van speler B (waarmee A de tweede slag heeft geslagen) dan speelt B deze bal
    Slag 4 en verder: om beurten met deze bal spelen tot er is uitgeholed.
  • Handicapverrekening afhankelijk van Stableford of Strokeplay en van keuze wedstrijdleiding (50%, 75%, e.d.)
Four Ball Better Ball (4bbb)
Vierbal, stableford

 

 

  • Elke flight van deze wedstrijd bestaat uit twee teams van twee personen elk; ieder speelt zijn eigen bal.
  • Het gaat er nu om dat op elke hole de beste score van het tweetal wordt genoteerd en meetelt voor het eindresultaat. Het gaat als volgt:
    De scores van beide spelers van een team worden op de scorekaart genoteerd, onder A en B. De beste score van A of B wordt omcirkeld en vervolgens worden de bijbehorende stableford-punten van de beste score op uw scorekaart onder C genoteerd.
  • spelers krijgen hun volle playing handicap mee
Foursome
Vierbal

 

 

  • Dit is een wedstrijd waarbij twee spelers spelen tegen twee andere spelers, elke kant met één bal.
  • Er kan zowel Matchplay, Strokeplay, Stableford of Tegen Par worden gespeeld.
  • Er wordt om beurten afgeslagen. U spreekt tevoren af wie afslaat op de even holes (2, 4, 6, etc…) en wie afslaat op de oneven holes (1, 3, 5, etc….).
  • In de baan en op de green slaan de twee teamleden verder om beurten.
  • Strafslagen hebben geen invloed op de volgorde van spelen.
  • Handicapverrekening Strokeplay, Stableford en Tegen Par:
    40 % van de hoogste playing handicap en 60 % van de laagste playing handicap bij elkaar optellen. Neem daar 75% van; dat is de gezamenlijke handicap.
    Voorbeeld:
    – speler A heeft playing handicap 20, 40% daarvan = 8
    – speler B heeft playing handicap 10, 60% daarvan = 6
    – samen is dat 14 slagen.
    – vervolgens bereken je 75% van die 14 slagen = 10,5, afgerond naar 11. Spelers A en B hebben dus een gezamenlijke playing handicap van 11 slagen.
  • Handicapverrekening Matchplay: 50% verrekening van het verschil tussen de gezamenlijke handicaps.
    Voorbeeld:
    – speler A heeft playing handicap 20 en B heeft 10, samen is dat 30
    – speler C heeft playing handicap 22 en D heeft 16, samen is dat 38
    – het verschil is 8, bij 50% handicapverrekening krijgen C en D dus 4 slagen mee
Greensome
Vierbal

 

 

  • Dit is een wedstrijd waarbij twee spelers spelen tegen twee andere spelers.
  • Er kan zowel Matchplay, Strokeplay, Stableford of Tegen Par worden gespeeld.
  • Op de afslag na, speelt elk team met één bal.
  • Op elke hole slaan beide spelers van een team met hun eigen bal af.
  • Daarna kiezen de partners de bal die het gunstigst ligt en spelen daarmee om beurten verder de hole uit.
  • De speler wiens bal niet gekozen wordt, neemt zijn bal op en doet de tweede slag.
  • Strafslagen hebben geen invloed op de volgorde van spelen.
  • Handicapverrekening Strokeplay, Stableford en Tegen Par:
    40 % van de hoogste playing handicap en 60 % van de laagste playing handicap bij elkaar optellen. Neem daar 75% van; dat is de gezamenlijke handicap.
    Voorbeeld:
    – speler A heeft playing handicap 20, 40% daarvan = 8
    – speler B heeft playing handicap 10, 60% daarvan = 6
    – samen is dat 14 slagen.
    – vervolgens bereken je 75% van die 14 slagen = 10,5, afgerond naar 11. Spelers A en B hebben dus een gezamenlijke playing handicap van 11 slagen.
  • Handicapverrekening Matchplay: 50% verrekening van het verschil tussen de gezamenlijke handicaps.
    Voorbeeld:
    – speler A heeft playing handicap 20 en B heeft 10, samen is dat 30
    – speler C heeft playing handicap 22 en D heeft 16, samen is dat 38
    – het verschil is 8, bij 50% handicapverrekening krijgen C en D dus 4 slagen mee
Scramble
Strokeplay

 

 

  • Op elke hole slaan alle spelers van een team met hun eigen bal af.
  • Daarna kiezen de flightgenoten de bal die het gunstigst ligt.
  • De plek waar de beste bal ligt wordt gemarkeerd en opgenomen; de speelster wier bal werd gekozen slaat een slag over.
  • De overige flightgenoten spelen binnen een meter vanaf die plaats hun tweede bal.
  • Zo gaat het ook bij een eventuele derde, vierde of vijfde slag.
  • Op de green wordt de gekozen bal gemarkeerd en opgenomen.
  • De overige spelers plaatsen hun bal binnen 10 cm vanaf de gemarkeerde plek en proberen in een keer uit te holen.
  • Slagen zij geen van allen daarin, dan moet de speler van wie de bal was gekozen vanaf de gemarkeerde plaats uitholen.
  • Het aantal slagen slagen wordt opgeteld, we spelen dus strokeplay.
  • Er wordt uitgegaan van de gezamenlijke handicap, zoals is vermeld op de scorekaart.
  • Facultatief: van elke speler in een flight dient minstens twee keer de afslag als “beste bal” te worden aangemerkt (ook als de anderen beter hebben afgeslagen).
Texas Scramble
Strokeplay

 

 

  • Idem Scramble (hierboven).
  • Het enige verschil met een gewone scramble is dat alle flightgenoten steeds mogen spelen. Degene wiens bal als beste wordt aangemerkt mag dus ook, net als de anderen, vanaf de plek waar de beste bal ligt de volgende slag slaan.
Scramble à-deux
Vierbal, strokeplay of stableford (naar keuze commissie)

 

 

  • Bij deze scramble bestaat een flight uit 2 teams van 2 personen
  • De twee speelsters kiezen bij elke slag welke van de twee ballen het beste ligt, waarna steeds vanaf die plek door beide teamgenoten wordt gespeeld.
  • Zie verder Scramble (hierboven)
Tegen Par
Strokeplay

 

 

  • Dit is een wedstrijd waarbij u met uw netto score speelt tegen de par van de baan.
  • Een netto score op een hole is: het aantal slagen welke u op een hole behaalt, verminderd met het aantal slagen die u volgens uw handicap op die hole meekrijgt.
  • Voorbeeld: U speelt een par 4 met 5 slagen; op die hole krijgt u volgens uw handicap 2 slagen mee. De netto score is dus: 5 – 2 = 3. U heeft dus beter gespeeld dan de par van de baan en kunt u een + noteren. Maakt u een netto 4, dan noteert u een 0. Bij een hogere netto score noteert u een -.
  • Kunt u geen 0 meer noteren, dan moet u de bal opnemen.
  • Naast de plussen, nullen of minnen noteert u ook het aantal behaalde slagen op de scorekaart.
Alliance Stableford
  • Wordt gespeeld door teams met elk vier spelers.
  • De teamleden spelen individueel Stableford, maar alleen de beste twee scores per hole van elk team worden genoteerd.
  • De telling is gelijk als bij Stableford.
  • Op elke hole worden de netto scores van de twee beste spelers genoteerd in Stableford en aantal slagen.
  • Winnaar is het team met de grootste aantal Stableford punten.